Voor de Romeinen
Voor de Romeinen leefden er in Italië verschillende volkeren met elk een eigen cultuur. De oudste gevonden resten komen uit 6000 v.Chr. en zijn gevonden op Sardinië. Later kwamen er grotere volkeren in Italië wonen. Tussen de Tiber en de Arno gingen de Etrusken wonen. Tussen de 7e en 5e eeuw voor Christus had deze bevolkingsgroep hun hoogtepunt. Net als de Romeinen hadden de Etrusken een hoogontwikkelde cultuur.
Vanaf 800 v.Chr. werd het zuiden van Italië gekoloniseerd door de Grieken. Je moet weten dat de Grieken eerder waren dan de Romeinen. Ze hadden vele koloniën rond de Middellandse Zee. Ze vestigden zich langs de kust. In de binnenland leefden de oorspronkelijke bewoners. Steden als Napels kregen later een grote invloed op de cultuur van de Romeinen. Veel oorspronkelijke bewoners zagen de Grieken als bedreiging. De Griekse koloniën in Italië werden samen Magna Graecia genoemd.
Tussen de Grieken en de Etrusken in woonde in het midden van Italië een ander volk, de Romeinen.
Het Romeinse Rijk
De Romeinen leefden in de stad Rome. In het begin heersten ze alleen over deze stad en het gebied eromheen. Eerste veroverde de Romeinen de omliggende steden, daarna versloegen ze de Grieken in het zuiden en de Etrusken in het noorden. Italië was nu volledig in handen van de Romeinen, maar het Romeinse Rijk bleef groeien. Eerst was er oorlog met de stad Carthago. Nadat deze stad verslagen was, veroverden de Romeinen de koloniën van de Grieken en de Carthagers rond de Middellandse Zee.
Het Romeinse Rijk was eerst een koninkrijk, maar werd gedurende een paar eeuwen een republiek. De republiek bestond uit meerder senatoren die een twee consuls kozen voor een halfjaar. In noodsituaties kon een dictator worden benoemd die dan orde op zaken moest stellen. Er was in het Romeinse Rijk op een gegeven moment echter veel onrust. De generaal Julius Caesarwerd uiteindelijk tot dictator gekozen. Aangezien het volgens hem een noodsituatie was, trok hij de macht naar zich toe en zorgde ervoor dat hij dictator bleef voor langere tijd. Hij wilde de monarchie herstellen, maar veel senatoren zaten hier niet op te wachten. In 44 v.Chr. zou Julius Caesar worden vermoord door de senatoren. Zijn adoptiezoon Augustus nam hierna het roer over, aangezien er weer onrust was in het Romeinse Rijk. Hij veroordeelde de senatoren en maakte van het Romeinse Rijk weer een monarchie, maar dan geen koninkrijk, maar een keizerrijk. Augustus was de eerste keizer van het Romeinse Rijk en onder hem was er een tijd van rust en vrede in het Romeinse Rijk (de Pax Romana). Na een paar "gekke" keizers, zoals Nero, werd besloten dat de keizer iemand kon adopteren als zoon en dat die dan keizer zou worden. Vaak was dit een generaal. Onder keizer Trajanus bereikte het Romeinse Rijk zijn hoogtepunt. Hierna waren er geen nieuwe veroveringen of goede keizers meer.
De reden waarom het Romeinse Rijk veroverd kon worden was te danken aan de goede militaire kwaliteiten. In het Romeinse Rijk stond het leger hoog in het aanzien en was tactiek erg belangrijk. Julius Caesar zou hebben gezegd: "Vedi, Vidi, Vici" (Ik kwam, ik zag, ik overwon) en dat bewees de kwaliteit van de Romeinen ook. Daarnaast waren de Romeinen tolerant. Veel veroverde volkeren konden ook Romeins staatsburger worden. Daarnaast mochten de veroverde volkeren hun eigen godsdienst uitoefenen, mits ze die van de Romeinen en de keizer aanbaden. Christenen weigerden dit, aangezien in de Bijbel stond dat dit niet mocht. Aanvankelijk werden zij vermoord, maar uiteindelijk zou het Romeinse Rijk christelijk worden. Ook hielpen de Romeinen de nieuwe volkeren. Zo maakten ze wegen en nieuwe steden. De cultuur van veroverde volkeren werd langzaam Romeins gemaakt, dit noemen wen romanisering. De Romeinse cultuur was overigens geïnspireerd op die van de Grieken. De Romeinen vonden de Griekse cultuur zo mooi dat ze deze overnamen en uitbreidden. Dit zie je vooral aan de goden, die andere namen kregen, en de gebouwen, het gebruik van zuilen.
Het Romeinse Rijk was inmiddels zo groot geworden dat het niet goed te verdedigen en te besturen was. De oplossing was simpel: Het rijk werd in tweeën verdeeld; het Oost- en West-Romeinse Rijk. Na een tijdje verliet keizer Constantijn de Grote de hoofdstad Rome en ging in Constantinopel (het huidige Istanboel) wonen. Het West-Romeinse Rijk raakte in verval. Ondertussen was er een ander probleem; de Hunnen breidden hun macht uit naar Europa. Zij verdrongen andere volkeren, die weer door het de grenzen van het West-Romeinse Rijk wisten te breken. Deze volkeren veroverde dit rijk en het West-Romeinse Rijk zou vallen. Deze gebeurtenis heet de Grote Volksverhuizing.
Het Oost-Romeinse Rijk bleef nog een aantal eeuwen voortbestaan onder de naam; het Byzantijnse Rijk.
Maak jouw eigen website met JouwWeb